Naast het fotograferen van sportevenementen, betekent sportfotografie vooral het fotograferen van snel bewegende objecten, ook al heeft dat niet altijd met sport te maken. Met sportfotografie denken we aan voetbal, tennis, handbal, volleybal, hockey, atletiek en watersporten. Aan de andere kant kan het fotograferen van een sportevenement soms in andere genres worden ingedeeld (afbeeldingen van een schaaktoernooi worden eerder als portretfoto’s gezien).

Sportfoto’s zijn vaak close-ups gemaakt met krachtige telelenzen. Deze hebben een zeer geringe scherptediepte, waardoor ze er anders uitzien dan wat mensen dezelfde scène met hun ogen zien. De totale vervaging van de achtergrond maakt de voorgrond beeldbepalend, daarom zien sportfoto’s er vaak spectaculair uit.
Belang van de dynamiek van de sportobjecten
Snelle bewegingen
Vaak worden telelenzen gebruikt met brandpuntsafstanden van vier tot twaalf keer de normale brandpuntsafstand. Vanwege de kleine beeldhoek vereisen lange brandpuntsafstanden lenzen met een hoge lichtsterkte, die groot, complex en duur zijn. De lenzen die bij sportfotografie worden gebruikt, kosten meestal een veelvoud van de camerabehuizing.
Daarnaast worden beeldsensoren met een hoge lichtgevoeligheid gebruikt – in ieder geval bij veldsporten en binnensporten. Hiervoor worden doorgaans naar behoren uitgeruste digitale camera’s gebruikt, die ondanks een hoge lichtgevoeligheid slechts weinig beeldruis vertonen en toch automatisch en snel de afstand kunnen instellen.
Bij het maken van foto’s wordt de camera vaak meegetrokken; Men volgt bijvoorbeeld de actie rond de bal bij balsporten, waardoor dit soort foto’s maken fysiek erg zwaar is, daarom werken sommige fotografen graag met monopods. De ontwikkeling van krachtige, compacte digitale camerasystemen met overeenkomstig lichte en kleine telelenzen maakt deze activiteit veel gemakkelijker.
Sporten zoals duiken of gymnastiek worden gekenmerkt door extreem snelle bewegingen en vinden vaak plaats in hallen met zeer slechte lichtomstandigheden. De fotograaf moet van tevoren zijn foto’s plannen, raden waar de actie te zien is en dan het juiste moment vinden om het in een fractie van een seconde vrij te geven. Hier worden vaak seriefoto’s gemaakt. Moderne camera’s kunnen binnen twee seconden 60 opnamen maken met een beeldresolutie van acht megapixels (Ultra High Definition Television). Indien nodig worden ook beelden opgeslagen die continu in de camera werden geregistreerd voordat de ontspanknop werd ingedrukt (Engels: pre-burst). Ook hier worden telelenzen gebruikt, omdat het niet mogelijk is om tijdens wedstrijden dicht bij de atleet te zijn. Door de vereiste hoge ISO instellingen met zeer hoge lichtgevoeligheid (tot ISO 6400 en hoger) hebben deze opnames meer beeldruis dan bij daglichtfoto’s.
Langzame beweging
Bij sporten die ofwel minder snel zijn dan Formule 1-races of minder ver weg zijn dan voetbal (bijvoorbeeld springconcours), kun je zeker aantrekkelijke foto’s maken met in de handel verkrijgbare spiegelreflex- en zoekercamera’s. Het gebruik van bovenstaande Sport automatische leidt u. U. tot redelijk bruikbare foto’s.
Professioneel fotograafgenre
Sportfoto’s zoals we die kennen van de media zijn voorbehouden aan professionele fotografen met hoogwaardige apparatuur en vooral ervaring. Bovendien krijgen fotografen bij grote sportevenementen alleen gunstige cameraposities toegewezen door accreditatie.